Ballonnen, slingers, muziek: er is van alles aan gedaan om het AZC Wenckebach een feestelijke uitstraling te geven. Dat valt niet mee, het gaat namelijk om de voormalige Bijlmerbajes. Vandaag is er een open dag: belangstellenden kunnen binnen de dikke muren van het AZC kijken. Een unieke kans voor de bezoekers: zij krijgen niet alleen een idee hoe de gevangenis eruit zag, maar ook een beeld van hoe we in Nederland vluchtelingen opvangen.
Foto online
De open dag is een landelijk initiatief van het COA (Centraal Orgaan opvang Asielzoekers) en Vluchtelingenwerk Nederland. In Amsterdam hebben de organisaties samen met een aantal bewoners een programma opgesteld. “Niet alle bewoners doen mee aan de open dag, maar je kunt wel een aantal vluchtelingen tegenkomen en met ze praten,” aldus Gerrie van den Berg, woordvoerder van het COA. Fotograferen mag, maar de pers krijgt het uitdrukkelijke verzoek niet te veel in te zoomen op de mensen. “Foto’s verspreiden zich via internet. Wanneer je in Nederland een foto online kunt vinden, dan kan dat in het buitenland ook. De mensen zijn niet voor niets gevlucht.”
Belastingcenten
Voor het gebouw worden bezoekers ontvangen met muziek, optredens en lekkere hapjes. Eenmaal binnen vallen de lange, brede gangen op. Er is een looproute aangegeven, die je op eigen houtje kan afleggen. Daarnaast is er een rondleiding door de kinderopvang en onderwijsvertrekken. Voor deze rondleiding staat een rij mensen geduldig te wachten. “Ik wil eens kijken waar mijn belastingcenten naar toe gaan,” zegt een man net iets te hard. Hij vindt de opvang maar luxe, want ‘ik moet betalen voor de sportschool’. De man blijft mopperen, maar niemand in de rij reageert.
Prikkeldraad
De looproute voert langs een aantal slaapvertrekken in de toren. Bezoekers beginnen boven, bij de cellen. Elke cel is voorzien van een bed, wc en een klein kastje. Ook hangt er een tv. Op elke verdieping is een keukentje gemaakt. Hoewel geprobeerd is om het gebouw minder op een gevangenis te laten lijken, is die opzet niet helemaal geslaagd. De dikke deuren en de tralies voor de ramen schreeuwen gevangenis. Ook het nog aanwezige prikkeldraad bij de buitenruimte roept negatieve gedachten op.
Beklemmend gevoel
Twee vriendinnen bekijken samen de cellen. “Ik fiets hier heel vaak langs en wist eigenlijk niet dat het een AZC was,” aldus Wayra. “Op Facebook zag ik dat er een open dag was. Ik was benieuwd hoe zo’n AZC er van binnen uit ziet.” Voor vriendin Roos geldt hetzelfde. “Ik las dat je vandaag ook kunt praten met een aantal vluchtelingen. Dat lijkt me interessant.” Het gebouw ziet er nog wel uit als een gevangenis, vinden ze allebei. “De keukentjes zullen wel nieuw zijn, die zien er wel goed uit,”aldus Wayra. “Toch geeft het wel een beklemmend gevoel, als je zo’n kamer binnenstapt. Met die dikke deur doet het wel denken aan een cel,” vindt Roos. “Het is wel fijn dat je een kamer voor je alleen hebt, zo heb je tenminste wat privacy. Het is alleen jammer dat je niet even een raampje open kan zetten,” aldus Wayra.
Nieuwsgierigheid
Bij een raam staat een vader met zijn twee kinderen naar buiten te kijken. Beneden zijn een aantal speeltoestellen te zien. “Het is puur nieuwsgierigheid dat we er zijn,”aldus vader Bart. “We zijn er zo vaak langsgekomen, dat we ook binnen wilden kijken. Bovendien ben ik in het verleden beroepshalve ook vaak binnen geweest. Niet als boef,” vult hij snel aan. Zijn zoontjes Oscar en Emile kijken om zich heen. “Ze vinden het hier eigenlijk best luxe, met een tv en koelkast.”
Belofte
Beneden zijn grotere slaapkamers te zien. In een kamer staan meerdere bedden, wat kasten en er hangt een kleine tv. Na deze groepsvertrekken komen bezoekers terug in de lange brede gang waar de route begon. In de gang staan kraampjes van verschillende organisaties. Ook staan er picknickbanken, waar een aantal vluchtelingen aan zit. Een Syrische jongeman (26 ) wil best met de bezoekers praten. Het bevalt hem goed in Amsterdam, hij woonde voor zijn vlucht in Damascus. Hij wil in Nederland graag zijn master halen. Dat is ook een belofte die hij heeft gedaan aan zijn vader, die onlangs is overleden. Zijn vader had hartproblemen, daarom heeft hij geprobeerd hem naar Nederland te halen. “De medische zorg in Syrië is heel slecht,” vertelt hij. “Veel dokters zijn gevlucht.” Zijn moeder zou hij ook graag naar Nederland willen laten komen. “Maar dat gaat waarschijnlijk niet lukken, hebben ze me al verteld.”
Tijdelijke aard
Amsterdam is voorlopig de laatste stop, al is het AZC Wenckebach ook tijdelijk van aard. Op de plek van de Bajes moeten huizen komen. “Ik ben in Utrecht, Groningen, Rotterdam, Breda, Goor, Budel en Winterswijk geweest,” somt hij op. “Vooral in kleinere plaatsen merk je dat mensen niet echt op vluchtelingen zitten te wachten. Ook binnen het AZC is het soms lastig. Er is niets te doen en er zijn overal regels voor. Zo kun je hier wel naar de dokter, maar deze is er maar een uurtje. Ook al ben je al langer aan het wachten, na dat uurtje heb je gewoon pech. Sommige bewakers behandelen ons hier meer als gevangene dan als vluchteling. Maar ik heb in die vijf jaar vluchten al zoveel meegemaakt, het kan me niet deren. Ik ga mijn belofte aan mijn vader waarmaken.”
Geplaatst in Weekblad van Ouder-Amstel, 28 september 2016